Je hebt van die weken dat je alle stadia van je emoties ondergaat. Van woede naar verdriet tot vreugde. De afgelopen week was zo’n week. Aanleiding: verlenging van ons visum. Eind september had dit onderwerp ook al op de agenda gestaan. Toen konden we nog redelijk makkelijk ons toeristenvisum met drie maanden verlengen. Deze verlenging zou op 3 januari aflopen. Voor de maanden na 3 januari zou het bisdom proberen om een werkvisum te regelen. De aanvraag van dit visum ging voorspoedig, totdat begin november de eerste kink in de kabel kwam. Tom kon als niet-werkende partner geen werkvisum krijgen. Als het andersom zou zijn, dan was er geen probleem. Een typisch staaltje van een Pakistaans vooroordeel: de man hoort de hoofdkostwinner te zijn. De emancipatie staat in Pakistan dus nog in de kinderschoenen. Hierop werd door het bisdom geanticipeerd door Tom een functie toe te wijzen als bijzonder medewerker van het onderwijsdepartement.
Een tijd lang hoorden we niks meer over de aanvraag van ons werkvisum. De laatste weken kregen we echter steeds meer het vermoeden, dat de aanvraag was vastgelopen. Zo werd begin december er ineens gesproken over de komst van een vriend van de bisschop. De betreffende man, Collin Kamran Dost (dost is vriend in het Urdu), bekleedt een hoge functie binnen de regering van de provincie Sindh waarvan Karachi de hoofdstad is. Het was de bedoeling dat hij vanuit Karachi naar Lahore zou komen en dat hij samen met de bisschop naar Islamabad zou rijden. Daar zouden ze proberen om een vriend van Collin Kamran Dost dusdanig te bewerken, dat hij bereid zou zijn om ons een nieuw visum te geven. In eerste instantie zou Collin al begin december komen. Dit ging niet door vanwege etnische spanningen in Karachi. Daarna zou Collin half december komen. Dit bezoek ging vervolgens ook niet door, omdat zijn contactpersoon in Islamabad weg was vanwege de Hadj.
Naarmate de dagen voortschreden en er geen nieuws op het visumfront was, kregen we het steeds benauwder. Wij hadden namelijk een vliegticket naar Bangkok geboekt voor de 27ste december. We hadden dit ticket gekocht op aanraden van het bisdom. Ons was namelijk verteld dat een werkvisum namelijk afgestempeld moest worden bij een Pakistaanse ambassade in het buitenland. We hadden gekozen voor Bangkok, zodat we er een vakantie aan vast konden plakken. Een week voor ons vertrek was er nog steeds geen nieuws op het visumfront. Onderhuids was de onzekerheid aan het broeien. Er waren meer vragen dan antwoorden. Zou het lukken om voor de 27ste een visum te krijgen? Zouden we met dit visum op vakantie kunnen gaan naar Thailand? Zouden we terug moeten naar Nederland om daar het visum op te halen? Wat als we helemaal geen nieuw visum zouden krijgen? We vreesden voor het doemscenario dat we op het allerlaatste moment een ticket naar Nederland zouden moeten boeken met achterlating van onze spullen, zonder te weten of we in Nederland überhaupt een nieuw visum zouden kunnen bemachtigen. Op zaterdag tijdens de kerstlunch van het bisdom kwam deze onzekerheid tot een apotheose in een informeel gesprek met de bisschop. Adine barstte in tranen uit. De bisschop was er even stil van en kon niet aan alle onzekerheid een eind maken. Maar hij beloofde maandag naar Islamabad te rijden en ons mee te nemen.
Maandag 22 december reden we in de Toyota Land Cruiser Prado van de bisschop naar Islamabad. Een ritje van 375 kilometer enkele reis. Om kwart voor acht reden we weg om rond half twaalf in Islamabad aan te komen. Daar pikten we degene op die ons werkvisum had proberen te regelen en samen reden we naar het ministerie van binnenlandse zaken. Collin Kamran Dost had inmiddels met zijn vriend daar gebeld en wij konden om half twee bij die vriend terecht. Geheel op zijn Pakistaans waren we natuurlijk een kwartier te laat. Door alle veiligheidsmaatregelen in Islamabad, waren een aantal wegen afgezet en moesten we omrijden. De omweg bracht ons wel langs het Marroitt hotel, waar nog een hoop puin lag van de bomaanslag van afgelopen september.
We werden door de vriend van Collin hartelijk onthaald. We kregen thee aangeboden en er werd typisch Pakistaans over van alles gebabbeld (onder andere over het matige onderwijsniveau van de jeugd van tegenwoordig), behalve over waarvoor we naar Islamabad waren gekomen. In het kwartier dat we bij hem op kantoor zaten, werden daar in totaal twee minuten aan vuilgemaakt. Het spel werd gespeeld zoals het hoort onder hoogwaardigheidsbekleders. De bisschop schetste het probleem en de bureaucraat reikte de oplossing aan. Hij wees de bisschop nog wel even terecht, door te stellen dat wij eigenlijk een werkvisum hadden moeten aanvragen. Zoals het hoort nam de bisschop hiervoor zijn verantwoordelijkheid. Subtiel gaf de bisschop vervolgens aan dat we graag op vakantie naar Thailand zouden gaan. De bureaucraat was ook de slechtste niet en gaf ons een multiple entry visum. Het laatste woord was echter aan de bureaucraat. De bisschop vroeg een nieuw visum voor de duur van acht maanden, maar we kregen slechts zes maanden. Hierna was alles voor elkaar. De assistenten van de bureaucraat typten voor ons een brief, die wij weer konden afgeven bij het paspoortkantoor in Lahore. Na afscheid te hebben genomen en de bureaucraat uitgebreid te hebben bedankt konden we weer richting Lahore.
De dag daarna zijn we naar het paspoortkantoor gegaan om ons nieuw visum op te halen. De ambtenaren keken wel een beetje op toen ze ons weer binnen zagen komen. Ze herkenden ons nog van de keer dat we er waren om ons eerste visum te verlengen. Raheel had toen nog over ons werk verteld. Normaal gesproken kan een visum slechts één keer worden verlengd en ze waren dan ook zeer onder de indruk van de brief die we bij ons hadden. De bijzonderheid van dit alles bleek onder andere uit het feit, dat ze geen flauw idee hadden welk tarief ze moesten vragen. Ze hadden in ieder geval het beste met ons voor en gingen meteen voor ons aan de slag. Nog dezelfde dag was ons visum gereed. Normaal gesproken duurt de verwerking van een verlenging visum een aantal dagen. Pas toen het visum eindelijk in ons paspoort was gestempeld kwam de echte ontlading. Niks kon nog mis gaan. Nadat we met de ambtenaren van het paspoortkantoor hadden gepraat, beseften we hoe belangrijk de inzet van de bisschop in dit alles is geweest. Zonder bisschop hadden we zeer waarschijnlijk begin januari in het vliegtuig naar Nederland gezeten. Er was een gerede kans dat dit een enkele reis zou zijn geweest. We zijn de bisschop dan ook heel dankbaar voor zijn inspanning.
Vanaf 27 december zijn we twee weken op vakantie in Thailand. Op 11 januari beginnen we aan de tweede helft van onze uitzending. We wensen iedereen nog prettige feestdagen en een gelukkig nieuwjaar.
vrijdag 26 december 2008
Abonneren op:
Posts (Atom)